SBBLD

Het leven is zomaar voorbij

Deze tekst verscheen eerder in 2010 in mijn boek ‘Achter een paar mooie hardloopbillen’.

Voldaan plof ik thuis op de bank neer, nagenietend van deze prachtige dag. Ik kijk nog eens trots naar mijn medaille. In gedachten herhaal ik net voor de zoveelste maal mijn ‘race’ als plots mijn mobiele telefoon gaat. Een collega, zie ik op het scherm staan. Leuk, die belt vast om te vragen hoe het is gegaan of om mij te feliciteren, denk ik. Enthousiast neem ik op en begroet hem. Dan hoor ik de stem aan de andere kant vragen: “Alvin, weet jij al dat Vincent gisteren is overleden?”

Even denk ik dat ik het niet goed heb verstaan. “Wat zeg je?” vraag ik. “Weet jij al dat Vincent gisteren is overleden?” hoor ik nogmaals. Ik ben met stomheid geslagen. Ik mompel iets van: “Vincent overleden? Nee, dat kan niet. Hij heeft vandaag nog meegedaan hier in Leeuwarden.” Ik heb toch zeker zijn naam horen omroepen? Ik heb hem ook zojuist nog een berichtje gestuurd. Oké, hij heeft zo te zien nog niet gereageerd, maar dat komt nog wel. Hij is vast nog onderweg naar huis. Maar volgens mijn collega is het inmiddels alom bekend in de Groninger media. Ik weet niet zo goed wat ik moet zeggen, val stil en rond het gesprek af. Ik begin direct te bellen naar andere bekenden. Helaas krijg ik niemand te pakken. Gelukkig dus ook niemand die het verhaal bevestigt. Ik loop snel naar mijn laptop en start internet op. Daar hoef ik niet lang te zoeken, want al snel vind ik de bevestiging die ik niet wilde vinden. Ik scan snel wat ik aantref. Vincent is inderdaad overleden. 52 jaar, ultra sportief en voor zover ik weet kerngezond. Ik lees dat hij is overleden na een ongeval. Notabene tijdens de voorbereidingen voor een loopevenement. Ik lees diverse berichten. Ook tref ik online een condoleanceregister aan dat al volstroomt met berichten. Vincent is immers een bekend persoon in het Noorden en diverse loopkringen. Ik zit een tijd naar het beeldscherm te staren. Dan loop ik naar beneden. Ik kijk mijn vrouw aan en zeg niet alleen hoe verschrikkelijk dit is, maar tevens hoe bizar dit aanvoelt. Op dezelfde dag dat ik voor de eerste keer deelneem aan een loopevenement, hoor ik tevens dat de persoon die mij heeft geïnspireerd om te gaan lopen is overleden.

Ik ben net weer op de bank gaan zitten wanneer ik mij opeens iets herinner. De eerstvolgende editie van het zakelijk relatiemagazine van ons bedrijf ligt al bij de drukker. Hier staat een interview met foto van Vincent in. Even vraag ik mij af wat ik moet doen. Dan herpak ik mijzelf en bel een collega. Ik vraag hem om deze editie direct stop te laten zetten. Die kunnen we immers niet zomaar door laten gaan. Daarna komt er niets meer uit mijn handen. Deze bijzondere dag gaat somber voorbij.

De volgende dag praat ik met aangeslagen collega’s die ook met Vincent hebben samengewerkt. Ik kom er achter dat ik inderdaad zijn naam heb horen omroepen voor de start van de marathon. Maar niet omdat hij deelnam, maar juist uit eerbetoon. Er is zelfs een stilte aan de start vooraf gegaan. Een stilte die – in alle drukte en zenuwen – volledig aan mij voorbij is gegaan. We besluiten met elkaar naar de uitvaartdienst te gaan. We bekijken de foto’s die voor het interview zijn gemaakt. Die zijn zo mooi, dat we vinden dat we daar iets mee moeten doen. We besluiten de mooiste foto af te drukken, in te lijsten en mee te nemen naar de uitvaartdienst.

Aan het einde van die week zit ik met twee collega’s in de auto. Met bloemen en de ingelijste foto. Aangekomen treffen we een overvolle kerk aan. Met tussen al die mensen zoveel hardlopers die door Vincent zijn geïnspireerd, gemotiveerd en begeleid. De ingepakte foto geef ik nog voor de dienst aan zijn familie. Dan vinden we een plekje aan de zijkant. Het is een bijzondere bijeenkomst en alle drie zitten we met een brok in ons keel op een rij. Aan het einde van de dienst zien we bij het verlaten van de kerk de ingelijste foto staan. Uitgepakt en bij Vincent neergezet. Dat is een heel bijzonder moment. In gedachten neem ik afscheid van Vincent. Ik bedank hem voor zijn inspiratie.

Het is voor anderen misschien vreemd om te lezen dat iemand die ik nog maar zo kort kende toch zo’n grote invloed op mijn leven heeft gehad. Maar zonder onze ontmoetingen zou ik waarschijnlijk nooit een loper zijn geworden. Zou ik zoveel mooie dingen niet hebben meegemaakt. Dit boek niet hebben geschreven. De periode daarna merk ik dat ook Vincents overlijden weer invloed op mij heeft. Het is weer een bewijs dat het leven dus inderdaad zomaar voorbij kan zijn, besef ik eens te meer. Dus moet ik maar eens wat meer gaan genieten, denk ik. Nou klinkt dat voor velen wellicht logisch. Voor mij is dat echter best een verandering. Bij ons in huis zeg ik wel eens dat mijn vrouw van vandaag en het proces is en ik van morgen en het resultaat. Zij kan veel meer genieten van de dingen die ze doet. Ik ben vaak al met het volgende bezig. Vroeger zei ik wel: “Was je maar wat meer zoals ik.” Tegenwoordig zeg ik steeds vaker met enige jaloezie: “Was ik maar wat meer zoals jij.”

Het interview met Vincent is een editie later alsnog geplaatst. Inclusief dezelfde prachtige foto.